Smart Stedenbouw: ‘Een slimme stad, zo doe je dat’
Bestel het boek ‘Een slimme stad, zo doe je dat’
De Future City Foundation onderzocht met ruim 26 partners hoe we de smart city moeten ontwerpen. We denken dat de stedenbouw en de producten die daaruit voortkomen radicaal veranderen. Net zoals dat gebeurde met andere bedrijfstakken. We willen begrijpen hoe dat gebeurt, welke kansen dat oplevert en welke risico’s er aan kleven.
Een slimme stad, zo doe je dat
De resultaten van het project presenteren we in een boek – genaamd ‘Een slimme stad, zo doe je dat – Verbonden, flexibel en betekenisvol; maak de echte future city’. U kunt het boek (met ruim 200 pagina’s) aanvragen via het aanvraagformulier. Digitaal lezen is gratis, voor een gedrukte versie vragen we €29,-.
Lees hier alvast de samenvatting: “Verbonden, flexibel en betekenisvol: zo ontwerp je de echte future city”
Klik hier als de pop-up niet opent.
Waar gaat het over?
Verbonden, flexibel en betekenisvol: zo ontwerp je de echte smart city
Als de hele wereld verandert door de opkomst van internettechnologie en door digitalisering, hoe verandert dan de stedenbouw, de planologie, de ruimtelijke ordening? Wat zijn de nieuwe uitgangspunten? En hoe moeten bestuurders, ontwerpers, inrichters en beheerders, hier mee aan de slag? Met die vragen gingen we vanuit de Future City Foundation, samen met 26 partners, het afgelopen jaar aan de slag.
We willen een duurzame en democratische stad
De eerste vraag die we ons hebben gesteld, is welke stad we willen. Juist als we in een transitie zitten, dan is het goed om vast te stellen waar de grenzen liggen. Die stelden we op twee vlakken. Ten eerste willen we een stad die voldoet aan de eisen uit sustainable development goal 11: inclusief, veilig, gezond en duurzaam. Maar we wilden ook dat we daar in vrijheid in kunnen leven. We willen dat technologisering niet ten koste gaat van ‘menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten, waaronder de rechten van personen die tot minderheden behoren’. Die opsomming haalden we uit de Europese Grondwet die er nooit kwam, maar wel goed weergeeft waar wij voor staan.
Daarin ontwerpen we alles als een democratisch slim netwerk
Pas daarna gingen we aan de slag met de vraag hoe digitalisering en technologisering doorwerkt in onze regio’s, steden en dorpen. En we concludeerden dat verbondenheid de echte gamechanger is. Het feit dat we altijd met iedereen en alles om ons heen verbonden zijn, is zo spectaculair ingrijpend dat we er amper meer bij stilstaan. Alles wordt een slim netwerk. We concludeerden dat wijken, steden, regio’s dan ook slimme netwerken worden waarin alle objecten met elkaar verbonden zijn en vanuit die objecten data, energie en mobiliteit delen. Zoals een smartphone niet zonder internet kan, of een Tesla niet, of de trein, zo kan een huis, een winkel, een kerk, straks ook niet meer functioneren zonder slim netwerk. Maar we willen dat dat op een manier gebeurt waarin de eigenaar en gebruiker van dat object de baas is over wat hij deelt. We willen een democratische verbondenheid.
We ontwerpen flexibiliteit
We concludeerden ook dat we van daaruit heel flexibel worden. We kunnen alles overal. Dat doen we graag in de stad, omdat we sociale wezens zijn. Tegelijkertijd heeft de stad ook massa nodig om te functioneren. Om diensten te kunnen leveren. Het maakt de stepjes van Bird niet veel uit waar u bent in Antwerpen of Parijs, als u maar ergens in die massa bent. Zolang het maar te voorspellen is. In hoeverre iemand daar aan deelneemt, is aan haar of hem. Maar het is niet meer strikt noodzakelijk om daarbinnen een vaste woon- en verblijfplaats te hebben.
En we ontwerpen betekenisvol
En we zagen dat we ons binnen die overvloed aan keuzes steeds de vraag stelden waar we willen zijn. We zoeken betekenis. Zingeving. Dat is een blijde boodschap voor ontwerpers: hun vak is belangrijker dan ooit. Want ook als we overal kunnen zijn, zijn we nog maar op één plek tegelijkertijd. Dan kiezen we natuurlijk voor de plek waar we het liefst willen zijn. Maar hoe ontwerp je die plek? En tegelijkertijd: hoe voorkomen we dat we overprikkeld raken? Hoe borgen we rust? En hier ligt misschien wel de kern. Want smart stedenbouw gaat niet over smart, over techniek. Geen enkele industriële revolutie gaat over techniek. Maar over de gevolgen daarvan. Over de vraag hoe de samenleving verandert.
Wat betekent dat voor de overheid?
En ook daar dachten we over na. We zagen dat we niet alleen de stedenbouw herschreven, maar ook de rol van de verschillende belanghebbenden daarin. De rol die burgers, bedrijven en overheden hebben ten opzichte van elkaar verschuift. We hopen dat het leidt tot meer burgerschap. Tot meer invloed van mensen op hun leefomgeving. Natuurlijk zijn er nuances te over. Die leest u in dit boek. We zijn erg benieuwd wat u ervan vindt. En als u met ons een regio, stad of dorp wil ontwikkelen op de manier die we hier beschrijven: we horen het graag. Dan ontwerpen we samen de toekomst.
PS: Als er één ding zeker is over de toekomst, dan is het dat voorspellingen nooit uitkomen. En wat ook lastig is: door de huidige industriële revolutie, als gevolg van de uitvinding van internet, verandert ons wereldbeeld. Dat komt omdat wij mensen altijd technologie gebruiken om naar de wereld te kijken. Door de uitvinding van nieuwe technologie kijken we anders naar de wereld en waarderen we de wereld anders. Dat is normaal, maar maakt het wel lastig om goed te voorspellen wat toekomstige generaties verwachten van de regio’s, steden en dorpen waarin we leven.
Wat wisten we al?
De Future City Foundation heeft zich in 2019 verdiept in ethiek. Dat weten we dus al voor een deel. Voor de Provincie Zuid-Holland zijn we bezig met realtime omgevingsbeleid. Ook daar leren we van. Die en meer kennis brengen we natuurlijk in.
Wat hebben we gedaan?
Het begon met een droom: we gaan de nieuwe stedenbouw bedenken. Want als de hele wereld verandert door internet, hoe verandert dan het vak van de ontwerper? Daarover zou de smartcitydiscussie moeten gaan. Die droom vond gehoor. We organiseerden een lunch op het terras van restaurant Muxia2 tijdens de Smart City Expo in Barcelona 2018 en tijdens de tapas haakte de ene na de andere partner aan. En dat ging door toen we terug in Nederland waren. Zo werden we een groep die op 10 januari voor het eerst bijeenkwam. Na die eerste bijeenkomst volgden er meer. We dachten na over de impact van techniek, de juridische kant, over de stad die we wilden, we ontwierpen. En we organiseerden een pitchcarrousel in het stadion van Fortuna Sittard. En al doende leerden we. Van elkaar. Van anderen. Van de dingen die we deelden. En toen gingen we schrijven en bouwen. En gebeurde er iets moois. Want iedereen die wilde, deed ook mee. Het moest niet, het mocht. En zo maakten we samen dit boek. En de bijbehorende website. Zo is dit boek een verzameling verhalen, inzichten, visies, meningen geworden van evenveel mensen die er verstand van hebben. Het is net zo veelzijdig als de groep die eraan werkte. Maar dat deden we niet als een stel losgeslagen dromers, maar uit toewijding en met een open en kritische blik op wat we bedachten. Dank aan alle partners voor die houding. Daarbij was dit project niet zo goed verlopen zonder de scherpe blik van landschapsarchitect Hans Dekker. Gedurende het project hield hij ons bij de les door vragen te stellen en feedback te geven. Het is fascinerend hoe een groepje gelijkgestemden dat voor elkaar krijgt. Hoe dat werkt met mensen. En hoe techniek daaraan kan bijdragen. Er ontstonden prachtige ellenlange discussies in de WhatsAppgroep over techniek en stad. Over wat 5G is. Over de vraag of mensen nog wel willen wonen. Over data. Discussies, maar vooral kennisontwikkeling en -delen. Wat dat betreft was dit project ook een mooi voorbeeld van de theorie in praktijk. Van A naar B via B, noemde een van de partners dat.
Het hele proces kende vier fases:
- Opzetfase – half nov. 2018 tot half feb. 2019 – In deze fase zochten we de projectpartners, schrijven we het projectplan en doen we deskresearch
- Kenniscreatiefase – half feb. – half juni – In deze fase organiseerden we bijeenkomsten waarin we kennis creëren door kennis uit te wisselen (deze fase is hieronder verder uitgewerkt)
- Redactiefase – half juni – 1 sept. – In deze fase verwerkten we de verworven kennis tot artikelen voor het boek en tools voor de toolbox
- Productiefase – 1 sept. – 1 okt. – In deze fase deden we vormgeving en druk van het boek en bouwen we de box om de tools heen (website oid).
- Implementatiefase – In juni starten we met de fase waarin we actief nadenken over hoe we de verworven kennis kunnen delen met vakprofessionals. We zijn hierover in gesprek met de Economic Board Utrecht en anderen. Er kan worden gedacht aan masterclasses, een academy etc.
In elke fase ontwikkelen we bijeenkomsten om de kennis te ontwikkelen en te delen. We leren van de gesprekken van elkaar en van andere deskundigen. Dat doen we samen met partners. We doen het samen. En we koppelen het aan de dagelijkse stedenbouwkundige praktijk. We willen de opgedane inzichten direct toepassen in de praktijk en daar weer van leren.
Leren vanuit en voor de praktijk
Een deel van de partners in die project werkt in dagelijkse stedenbouwkundige praktijk aan het smart maken van onze steden. Die kennis en ervaring brengen we in, in het project. Tijdens de rondetafelgesprekken en workshops koppelen we die kennis en inzichten. We generaliseren die kennis en in gesprek met anderen ontstaat zo nieuwe kennis. In het project Smart Stedenbouw is dus ruimte voor partners om hun eigen project in te voeren.
Andere partners doen meer vanuit de theorie en hun eigen kennis mee en willen die kennis verbreden en verrijken. In de afbeelding is deze samenwerking uitgetekend.
Welke doelen willen we behalen met dit project?
1 – Nieuwe oplossingen voor bestaande uitdagingen – We geloven in technologische vooruitgang. We zijn er dan ook van overtuigd dat nieuwe technologie nieuwe oplossingen kan bieden voor de uitdagingen van steden en dorpen. Deelnemende partners kunnen die uitdagingen zelf inbrengen. Elke uitdaging is daarbij goed. Of het nou gaat om de inrichting van de openbare ruimte (en hoe dat op een nieuwe manier gebeurt) of om de uitdaging van grootstedelijke metropolen.
2 – (Cursus)boek en toolbox nieuwe stedenbouw – We werken daarnaast ook aan een concreet en tastbaar product. Dat product is een (cursus)boek Nieuwe Stedenbouw. Dat betekent dat de kennis te generaliseren moet zijn en toepasbaar moet zijn op nieuwe situaties. Daarnaast ontwikkelen we toolbox met technische hulpmiddelen voor de nieuwe stedenbouw. We presenteren dit in november 2019 in Barcelona tijdens de Smart City Expo. Hier vanuit werken we ook aan vervolgstappen richting masterclasses, een academy etc.
3 – Smart-bewustzijn onder stedenbouwers 10x zo hoog – Voor veel stedenbouwers is de ‘smart city’ een ver-van-het-bed-show. Er is geen hoog bewustzijn onder stedenbouwers dat ook hun vakgebied verandert. We willen dat bewustzijn verhogen. We willen dat het aantal ruimtelijk professionals dat zich bewust is van deze verandering het komend jaar 10x zo groot wordt (daarvoor moeten nog wel vaststellen hoe groot het nu is). Dat doen we door het organiseren van een open proces waar zoveel mogelijk professionals aan meedoen. Daarvoor werken we samen met de vakorganisaties BNSP en NVTL.
Met partners
Dit proces wordt mogelijk gemaakt door partners. De partners in dit project van de Future City Foundation zijn: AM, Amsterdam Smart City, BNSP, Civity, DHM Infra, Economic Board Utrecht, ELBA\REC, Esri Nederland, FIWARE, FME, Gemeente Alphen aan den Rijn, Gemeente Amersfoort, Gemeente Apeldoorn, Gemeente Enschede, Gemeente Krimpen aan den IJssel, Gemeente Sittard-Geleen, Kadaster, Kennedy Van der Laan, Ministerie van BZK, NVTL, Platform31, Provincie Utrecht, Provincie Zuid-Holland, Stichting Digitale Bereikbaarheid, Syntrus Achmea en VodafoneZiggo.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Jan-Willem Wesselink via jan-willem@future-city.nl of T0628638426.
De volgende partners doen mee aan het Smart Stedenbouwproject: